Laat de 4 plakjes bladerdeeg alvast ontdooien en verwarm de oven voor op 200 graden. Snijd de onderkant van de stronken witlof en snijd de stronken in de lengte door. Kook de witlof beetgaar. Laat goed uitlekken. Vet een muffinvorm in met wat boter. Maak van de 50 gram boter en de suiker een karamelsaus, verdun eventueel met wat water. Giet de karamelsaus in 8 muffinvormpjes, voor ieder half stronkje een vormpje
Snijd de kontjes van de witlof, rol ze een beetje op en leg ze op de karamel in de muffinvorm. Snijd uit ieder plakje bladerdeeg 2 rondjes. Het rondje moet net in de muffinvorm passen.Leg op ieder stronkje witlof een rondje bladerdeeg
Bak het geheel ongeveer 20 minuten in de oven op ongeveer 200 graden tot het bladerdeeg mooi is gekleurd en gaar is
