Chocolade-mascarponetaart
Chocolade-mascarponetaart
cake
- 225 gram zelfrijzend bakmaal
- 30 gram cacaopoeder
- 200 gram suiker
- 100 gram boter
- 200 gram gecondenseerde melk
- 100 gram pure chocolade
- 2 stuks eieren losgeklopt
ganache
- 250 gram chocolade 2/3 puur, 1/3 melk
- 250 ml slagroom
vulling
- 250 2gram mascarpone
- 125 ml slagroom
- witte basterdsuiker
Voorbereiding
Verwarm de oven voor op 180 graden. Zet een ketel water op. Vet een springvorm in met een doorsnee van 20 cm (of twee taartvormen) en bekleed de bodem met bakpapier. Dit laatste is absoluut niet nodig als je bakvormen hebt met antiaanbaklaag, maar voorkomt wel alle problemen als je het later moet storten. Zeef de bloem, cacaopoeder en een snufje zout in een grote kom. Doe de suiker, gecondenseerde melk, 1 dl kokendheet water, de boter en de in kleine stukjes gebroken chocola in een pan en zet die op laag vuur tot alles is gesmolten en je een glad mengsel hebt. Roer dit met een houten lepel door het bloem cacaomengsel. Roer stevig, maar ook weer niet al te opgewonden, tot je een homogeen, glanzend mengsel hebt. Roer dan de eieren erdoor. Giet het beslag in de bakvorm(en) en zet ze 35 tot 45 minuten in de oven, wat korter als je twee ondiepe vormen gebruikt. Het gebak is gaar als de bovenkant stevig aanvoelt. Verwacht niet dat een sateprikker er schoon en droog uitkomt. Dat wil je niet eens. En maak je ook niet druk over barsten in het oppervlak, de ganache dekt alles toe. Laat het gebak 10 minuten afkoelen in de vorm, stort het dan op een rooster. Als het gebak volledig is afgekoeld, snijd het dan horizontaal door midden. Als je dit een angstaanjagende gedachte vind, gebruik dan twee ondiepe vormen in plaats van een hoge en leg de twee plakken op elkaar. Maar houdt voor ogen dat je het gebak, zelfs als je het breekt terwijl je het doorsnijdt, met de ganache weer kunt repareren.
Bereidingswijze
Hak voor de ganache de stukken chocola fijn (ik vergruis ze in de keukenmachine) en doe ze in een middelgrote, wijde kom. Verhit de room tot tegen de kook aan (maar laat hem niet koken) en giet hem over de chocolade. Laat 5 minuten zo staan en klop het mengsel, liefst met een elektrische handmixer, tot het koud, dik en glanzend is. Het moet dun genoeg zijn om te kunnen gieten, maar dik genoeg om op de taart te blijven hangen. In dit stadium moet de ganache tussen een saus en een glazuur in hangen. Later wordt het hard en gaat het glanzen, zoals op een Sacher-torte. Giet wat van de ganache op het snijvlak van een helft van het gebak en spreid het over het hele oppervalk uit met een paletmes. Laat eventjes uitharden, en klop dan de slagroom bijna stijf met de suiker (een paar eetlepels met kop erop), en klop dan de mascarpone erdoor. Verspreid dit over de onderste helft met de ganache laag. Leg de andere helft van de taart erbovenop, probeer de mascarponeroom zoveel mogelijk binnen de randen van de taart te houden. Giet de rest van de ganache over de taart, laat het langs de zijkant druipen en schep de ganache die eraf loopt op met je mes om ook de zijkant van een laagje te voorzien. De taart is het lekkerst wanneer je hem een dag van tevoren maakt, na een nacht in de koelkast. Voor het serveren zou ik hem een half uurtje uit de koelkast halen, dan kan ie wat op temperatuur komen.